De betekenis van een wereldkaart
Een wereldkaart is een kaart van het oppervlak van de aarde. Het is een afbeelding van de aarde die met behulp verschillende wiskundige berekeningen, afgebeeld is op een vlakke kaart. Standaard zie je in ieder geval een onderscheid van land en water.
Indeling van de kaart
Decoratieve wereldkaarten kennen meestal alleen een onderscheid van land en water. Er zijn verschillende decoratieve kaarten. Veel kaarten hebben ook landsgrenzen. Een voorbeeld van een decoratieve kaart met landsgrenzen is bijvoorbeeld deze wereldkaart van metaal, maar ook deze wereldkaart van hout. Dit noemt men een politieke wereldkaart. Het doel van een politieke wereldkaart is vooral om de staatskundige grenzen weer te geven.
Er is ook de fysische wereldkaart. Op een fysische wereldkaart zie je aardrijkskundige eigenschappen van het aardoppervlak. Denk hierbij aan bergen, eilanden, rivieren en woestijnen. Daarnaast heb je ook nog eens geologische kaarten. Op een geologische kaart zie je niet alleen de aardrijkskundige eigenschappen, maar ook de onderliggend vulkanen, gesteentelagen en geologische formaties.
Kaartprojecties
Er zijn verschillende wiskundige manieren om de ronde aarde, weer te geven op een platte kaart. Zo is er bijvoorbeeld de Mercatorprojectie. Die is in 1596 gemaakt door zeevaarders voor het navigeren. Dit is de kaart zoals wij hem meestal zien. Alleen, omdat de aarde rond is, is het heel moeilijk om een kaart te maken, zonder dat de landen van vorm veranderen. Als je een wereldkaart kijkt dan is bijvoorbeeld Groenland enorm uitgerekt en Antarctica lijkt veel groter dan het is. Daarnaast is Afrika in het echt veel groter dan onze standaard wereldkaart doet vermoeden.
Kaartprojecties die ook vrij veel voorkomen zijn:
- Cilinderprojectie
- Equiditstante azimutale projectie
- Kegelprojectie
- Molweideprojectie
- Projectie van Goode
- Projectie van Bonnen
De perfecte wereldkaart
De perfecte wereldkaart? Die bestaat niet. Het is niet mogelijk om een ronde wereldbol op een platte kaart te tekenen, zonder dat er ergens iets niet gaat kloppen. Als bijvoorbeeld de richtingen kloppen, dan kloppen de vormen van de landen weer niet. En als de afstanden kloppen, dan kloppen de richtingen niet. Het blijft dus altijd een vertekenend beeld geven van de werkelijkheid. Als je de wereld in de juiste verhouding wil zien, ben je toch aangewezen op een wereldbol.